Strategisch denken voor basisschoolleerlingen



Help je kinderen strategisch te denken

Strategisch denken kan je op jonge leeftijd al verder ontwikkelen door ze door een goede denksportleraar les te geven. Dit gebeurt doorgaans in klassikaal verband en in sommige gevallen worden er individuele lessen bij de ouders thuis gegeven, of als de afstand te ver is dan is internetonderwijs zeer zeker een mogelijkheid.


Welke tools gebruiken we ervoor?

Van oudsher werd er veel geschaakt, daarbij denken we aan het traditonele 2-persoons schaakspel. Vandaag de dag zijn er meerdere schaakvarianten in opmars, zoals Superschaak, Trioschaak en de Oosterse Denksport Go.
Deze denkvarianten hebben een andere manier van denken dan het traditionele schaak.
Daarom zijn er voor basisscholen en sportverenigingen veel mogelijkheden  om les te krijgen in verschillende denksporten, en uiteraard gaan we graag in overleg met welke denksportvariant het beste bij de leerlingen past.

Uiteraard is het volgen van individuele lessen ook mogelijk.


De belangrijkste verschillen tussen schaken en Go

Bij schaken zijn er een aantal basisregels die je eerst moet weten. Je moet weten hoe de stukken zich over het bord mogen verplaatsen. Wanneer je een stuk mag slaan, en wanneer je eerst schaak op moet heffen. Als je dit weet zijn er nog een paar extra regels die je ook moet weten, voordat je aan een echt schaakpartijtje kan beginnen. Verder is het belangrijk dat je bepaalde openingen leert om zo steeds beter te worden in het schaakspel.
Bij de schaakvariant Trioschaak is het schaakspel een stuk ingewikkelder. Je kan een van de andere spelers aanvallen, maar ook kan je samenwerken met een van de spelers, als je er zelf slecht voorstaat, en zo toch nog de wedstrijd winnen.
Bij Go. is er geen sprake van verschillende stukken zoals een Koning, koningin of een Toren. Ook is er geen sprake dat de stukken, in het geval van Go stenen, zich mogen verplaatsen. Een steen die eenmaal is geplaatst mag niet meer verzet worden.
Bij Go heb je allemaal stenen die dezelfde waarde hebben. Bij Go ga je gebied veroveren, diegene die het meeste gebied heeft wint.

Bij Go kan je vrijwel direct beginnen met spelen. Elke les komt er een regeltje bij tot je uiteindelijk alle regeltjes beheerst. En dan ga je oefenpartijtjes spelen, en leer je eerst een klein gebied in te sluiten en zo steeds een groter gebied. 
Een totaal andere manier van denken is Go dus ten opzichte van schaken.
Beide zijn. enorm leuke denksporten, waar iedereen heel goed in kan worden door de lessen te volgen op de basisschool of individueel les te nemen.

Iedereen kan het leren

Vaak tillen ouders te zwaar aan het woord denksport, omdat ze denken van mijn kind moet persé een hoog iq hebben om aan een denksport mee te doen. Dat is echt niet waar. mijn. ervaring is dat kinderen van speciaal onderwijs zowel op schaak- als op Go gebied niet onderdoen voor elkaar.
Wel kan het zo zijn dat kinderen uit het speciaal onderwijs een paar lessen extra nodig hebben, maar bij kinderen uit het reguliere onderwijs kan dat ook voorkomen. Niet iedereen is het beste jongetje of meisje van de klas.